Voer. Mand. Speeltje. Korting.rondsnuffelen

Wobbler syndroom


Neem bij (een vermoeden van) medische problemen altijd contact op met de dierenarts.

Het Wobbler syndroom is een aandoening waarbij zenuwsymptomen ontstaan door druk op het ruggenmerg.

Het typische aan deze zenuwsymptomen zijn ataxie (ongecoördineerde bewegingen) van de achterhand en het wijdbeens lopen van de hond.

Andere benamingen van Wobbler zijn:

  • progressive cervical spinal cord compression
  • cervical spondylosis
  • cervical spondylolisthesis
  • caudal cervical subluxation
  • cervical vertebral instability
  • Great Dane ataxia
  • cervical spondylopathy
  • caudal cervical spondylopathy
  • caudal cervical vertebral malformation-malarticulation
  • cervical vertebral stenosis
  • cervical myelopathy
  • midcervical spondylolisthesis
  • cervical spondylotic myelopathy
  • caudal cervical spondylomyelopathy

En de meest recente benaming: dynamic compression of the cervical spinal cord.

Voorkomen Wobbler syndroom

Alhoewel we Wobbler zien bij verschillende rassen zijn de Deense Dog en de Dobberman Pinscher de twee rassen die bovenaan de lijst staan.

Reuen vertonen de aandoening twee keer meer dan teven.

Ontstaan Wobbler syndroom

Hoe Wobbler exact ontstaat weten we niet. Er zijn wel een aantal factoren en vermoedelijke oorzaken die meespelen in de pathogenese van Wobbler.

Overvoeding en oversupplementatie van jonge Deense doggen kan aanleiding geven tot Wobbler. Het probleem van overvoeding geeft niet enkel meer kans op Wobbler maar ook op OCD bij deze grote hondenrassen.

Genetisch zien we bij bepaalde lijnen van Deense Doggen en de Dobberman Pinschers meer Wobbler dan bij andere lijnen.

Snel groeiende puppy’s hebben meer kans op wobbler dan traag groeiende puppy’s.

Bij honden met Wobbler zien we frequent osteoartritis en artrose van de facetgewrichten van de wervels. Dit heeft te maken met de instabiliteit van de wervels tegenover elkaar waardoor kraakbeen abnormaal belast wordt en er zo schade aan het kraakbeen ontstaat met artritis en artrose tot gevolg.

Soms zien we druk op het ruggenmerg doordat het wervellichaam, aan de voorzijde van het lichaam, een soort bult (craniodorsale uitpuiling van het wervellichaam) vertoont. Deze bult duwt dan op het ruggenmerg en geeft zo de symptomen.

Wat zien we klinisch bij Wobbler?

Het meest typische dat we bij Wobbler zien is het symptoom van paraparesis-tetraparesis-ataxie.

Deze symptomen zijn het resultaat van de druk op het ruggenmerg in de nek. Doordat het ruggenmerg chronisch platgedrukt, uitgerokken en verdraaid wordt gaan we ook de typische spastische gang van de achterhand zien.

Bij de meeste gevallen is er geen nekpijn maar enkel neurologische symptomen. Als er een hernia mee gemoeid is zien we wel nekpijn. De graad van nekpijn varieert volgens de ergheid van de hernia.

Diagnose Wobbler syndroom

Radiologie is de beste methode om een Wobbler te gaan bevestigen.

Wij volgen een bepaald protocol van radiologie. We nemen eerst foto’s zonder contrast en dan met contrast (myelografie).

Deze foto’s worden genomen om te zien of we te doen hebben met een statische of dynamische Wobbler.

Een dynamische wobbler zie je op myelografie als je de nek helemaal gaat buigen of overstrekken. Hierdoor kun je druk veroorzaken op het ruggenmerg waardoor je de symptomen kunt verklaren. We zien dus deze kenmerken pas als we de wervelkolom dynamisch gaan bewegen.

Er zijn ook een groot aantal beenderige of bindweefselveranderingen die Wobbler kunnen veroorzaken.

We denken hierbij aan:

  • Hypertrofie van dorslae longitudinale ligament
  • Hypertrofie van het dorsaal deel van de annulus fibrosus
  • Beenderige woekeringen aan het bovenste deel van het wervellichaam die druk geven op het onderste deel van het ruggenmerg.
  • Artrose en artritis van de facetgewrichten Ankylose (vastgroeien) van de facetgewrichten met nieuwbeenvorming.

Niet al deze veranderingen geven druk op het ruggenmerg, daarom gaan we met een myelografie uitmaken welke veranderingen er werkelijk druk geven op het ruggenmerg en welke “toevalsbevindingen” zijn.

Behandeling Wobbler syndroom

Rekening houdend met de verscheidenheid van verschillende oorzaken van de druk op het ruggenmerg zijn er verschillende strategieën om een Wobbler te behandelen.

Eerst moeten we bepalen of we met een statische of dynamische Wobbler te doen hebben.

Sommige Wobblers kunnen niet met één maar moeten met verschillende technieken behandeld worden. Andere hebben enkel medicamenteuze behandeling nodig.

Er zijn drie basistechnieken om de compressie van het ruggenmerg te verhelpen.

  1. Dorsale decompressie dmv laminectomie met of zonder artrodese (vastzetten) van de facetgewrichten
  2. Ventrale decompressie met of zonder vastzetten van de wervel lichamen
  3. Ventrale distractie en vastzetten van de wervellichamen met een speciale plaat en schroeven

De keuze over welke operatietechniek we gebruiken is compleet afhankelijk van het soort beeld we hebben op het myelogram.

Als we bijvoorbeeld een statische of dynamische Wobbler hebben tgv compressie op het ruggenmerg veroorzaakt door een stenose van het wervelkanaal dan zal er een laminectomie uitgevoerd worden van de misvormde wervelboog.

Als er tevens instabiliteit aan te pas komt dan zal er ook een artrodese van de facetgewrichten gedaan worden.

Als het ruggenmerg aan de onderzijde dichtgedrukt wordt dan gaan we een ventrale decompressie doen met of zonder stabilisatie van de wervellichamen.

Als er druk is onderaan het ruggenmerg doordat het dorsale deel van de anulus fibrosis te veel naar boven uitpuilt en deze druk weggaat als we de wervelkolom uitrekken dan doen we een ventrale distractie en vastzetten van de 2 wervellichamen.

Als er verschillende afwijkingen te zien zijn op een en dezelfde hond dan moeten er soms verschillende technieken gebruikt worden om de Wobbler te stabiliseren.

Voordelen, nadelen en complicaties behandelingen Wobbler

Zoals met alle operatietechnieken en methoden bij het opereren hebben ook de technieken ter behandeling van Wobbler voor-en nadelen.

Persoonlijk benader ik het liefst de wervelkolom van de onderzijde desondanks de nadelen die er zijn.

Nadelen zoals beperkt chirurgisch zicht, beperkte decompressie, beperkt blootleggen van de beenderige-en ligamenteuse structuren die moeten weggenomen worden en meestal erge bloedingen.

Als we de nek langs boven benaderen dan hebben we daar een 12 – 15 cm spieren die we door moeten vooraleer we aan de wervelboog kunnen.

Je moet er rekening mee houden dan bijna alle honden direct na de operatie slechter zijn dan voor de operatie. Dit door het manipuleren van het ruggenmerg tijdens de operatie.

Als eigenaar moet je er rekening mee houden dat je een practisch verlamde hond meekrijgt naar huis.

De ervaring leert dat grote honden zich gemakkelijker “laten gaan” en depressief worden in de dierenkliniek desondanks al de goede zorgen.

We laten daarom ook de honden zo snel mogelijk naar huis post operatief.

Prognose Wobbler syndroom

De prognose voor de hond is compleet afhankelijk van de bevindingen op de myelografie, vb, op één plaats druk heeft een betere prognose dan druk op meerdere plaatsen.

Dan zijn er nog tal van andere factoren die een rol spelen zoals ervaring van de chirurg, operatie tijd, complicaties na de operatie, het karakter van de hond en de eigenaars.

Algemeen kunnen we stellen dat hoe erger de neurologische symptomen voor de operatioe, hoe slechter de prognose.


Neem bij (een vermoeden van) medische problemen altijd contact op met de dierenarts.